De stijging van de lonen is vorig jaar achtergebleven bij de inflatie. Volgens voorlopige cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) stegen de lonen in 2021 met 2,1 procent. In 2020 was dit nog 2,9 procent.

Volgens de meest recente gegevens was het dagelijks leven in november vorig jaar 5,2 procent duurder dan een jaar eerder. Een gemiddelde over heel 2021 kan het CBS nog niet geven, maar in de eerste 11 maanden lagen de consumentenprijzen gemiddeld 2,4 procent hoger dan in dezelfde periode een jaar eerder. Dat betekent dat de loonstijgingen dus flink achterblijven, tot grote onvrede van onder meer vakbond FNV.

De prijzen die Nederlanders voor goederen en diensten betalen waren sinds september 1982 niet meer zo hard gestegen.

Voor dit jaar zal de loonstijging naar verwachting iets hoger uitvallen dan vorig jaar. Maar ook nu zit een grote sprong er waarschijnlijk niet in, verwachten economen van ING en Rabobank.

Door de flink opgelopen inflatie zal de koopkracht van Nederlanders dit jaar waarschijnlijk flink onder druk blijven staan.

Loonontwikkeling haalt nog niet het niveau van vorig jaar

ING-econoom Marcel Klok gaat voor het nieuwe jaar uit van een toename van de cao-lonen met 2,4 procent. Dat is dus een kleine verbetering ten opzichte van de cijfers over 2021 die het CBS naar buiten heeft gebracht.

Klok wijst erop dat de werkloosheid momenteel heel laag is en de krapte op de arbeidsmarkt groot. Vandaar dat veel werkgevers de lonen wel wat sterker op moeten schroeven als ze voldoende geschikt personeel willen vinden.

Toch ondervindt de economie nog steeds hinder van de coronacrisis. Vandaar dat Klok denkt dat de loonontwikkeling dit jaar nog niet zo sterk zal uitpakken als vlak voor de crisis. Op dat niveau zal Nederland volgens hem waarschijnlijk pas een jaar later terugkomen. Dit betekent wel dat de inflatie voorlopig nog hoger zal zijn dan de loonstijging.

Klok wijst erop dat de sterke prijsstijgingen van de laatste tijd vooral worden veroorzaakt door de hard opgelopen energieprijzen. De verwachting is wel dat dit een tijdelijk fenomeen is, maar voorlopig raakt dit consumenten in de portemonnee.

Elwin de Groot van Rabobank denkt er net zo over. Hij verwacht eveneens dat de loonstijging dit jaar iets kan toenemen. Maar ook weer niet heel veel, voegt hij daaraan toe. Veel bedrijven hebben door de crisis ook een magere periode achter de rug en zullen dat waarschijnlijk aanvoeren in het cao-overleg.

Lees ook: Hoge inflatie in 2022? Dit houd je netto over als je €40.000 tot €80.000 verdient en je bruto salaris stijgt met 2% tot 4%

De Groot sluit ook niet uit dat het vertrouwen van consumenten door de hoge inflatie verder onder druk komt te staan. Dat zou op den duur ook voor een afzwakking van de economische groei kunnen zorgen. Dan zou juist een belangrijke reden verdwijnen om de lonen nog sterk op te schroeven.

Sowieso zal de hoge inflatie niet leiden tot een sterke loon-prijsspiraal zoals Nederland die in de jaren zeventig en tachtig kende, schatten beide economen in. Toen zorgde de inflatie voor stevige loonstijgingen, die op hun beurt de inflatie weer verder opdreven.

De Groot zegt dat de omstandigheden toen anders waren. Toen was het bijvoorbeeld lastiger voor bedrijven om arbeidskrachten uit het buitenland te halen. En toen waren de vakbonden volgens de econoom nog een stuk machtiger. Sindsdien zijn de ledenaantallen van de bonden teruggelopen. Ook zijn er sectoren bijgekomen waarin de bonden minder goed zijn vertegenwoordigd.

Vanbond FNV wil koppeling lonen aan inflatiecijfers

Volgens vakbond FNV zijn werknemers het beu om elk jaar opnieuw te moeten onderhandelen over de inflatiecorrectie en het behoud van hun koopkracht. Petra Bolster, lid van het dagelijks bestuur van FNV, wijst erop dat werknemers er nu op achteruit gaan.

"Om dit te voorkomen eisen we dat de lonen automatisch meestijgen met de prijzen. Dit moet worden vastgelegd in de cao’s", zegt ze. Daarbij verwijst ze naar de in september naar buiten gebrachte voornemens voor de cao-onderhandelingen, waarin de bond deze eis al op tafel legde.

Werknemers die vallen onder een cao gingen er in de horeca afgelopen jaar het minst op voorruit. In die bedrijfstak stegen de cao-lonen gemiddeld slechts 0,3 procent, aangezien daar alleen de loontabellen zijn aangepast voor de ontwikkeling van het wettelijk minimumloon. De horeca-cao is in 2021 namelijk met een jaar verlengd onder gelijke voorwaarden. De meeste werknemers in de horeca kregen er dus helemaal niets bij.

Lees over de inflatiecijfers ook: